Uurtje-factuurtje, deel II
In een commentaar “Weg met het uurtje-factuurtje” in het FD van 8 december 2020
i worden enkele aspecten besproken van het besluit van de NOvA om een opening te bieden in de markt van de advocatuur. Afgezien van de sommige passages overigens onnodig negatieve connotatie van het commentaar lijkt de visie van het FD op deze ontwikkeling ook enigszins beperkt.
BrandMr
Wat is het geval? De rechtsbijstandverzekeraar SRK heeft na de opzegging van grote contracten door Nationale-Nederlanden en Aegon een nieuw verdienmodel in de markt gezet: BrandMr. De gedachte is dat advocaten in loondienst van SRK niet alleen voor degenen die een rechtsbijstandsverzekering hebben afgesloten bij SRK in rechte zouden mogen optreden, maar hun diensten daarenboven ook zouden mogen aanbieden voor niet bij SRK verzekerden. SRK/BrandMr biedt zijn diensten aan tegen een fixed fee.
Commentaar FD
Het FD merkt in het genoemde commentaar op dat nieuwe verdienmodellen niet zelden leiden tot scherpere tarieven. FD voegt daaraan toe dat dit goed nieuws is voor in dit geval de rechtzoekenden. Ik plaats daar maar meteen een kanttekening bij; dat is slechts het geval indien de kwaliteit van de nieuwe dienstverlener voldoende is gewaarborgd. Het komt mij voor dat dit aspect in het bijzonder door de lokale Orde van Advocaten zal moeten worden gemonitord, naast de nakoming van de kernwaarden van de advocatuur zoals neergelegd in artikel 10a van de Advocatenwet.
Is de geest nu opeens uit de fles?
Hoewel in een bijzin wel wordt aangegeven dat de geschetste ontwikkeling met name voor consumenten van belang is, wordt in het commentaar vervolgens overgeschakeld naar de invloed van het besluit op de rest van de juridische markt. De geest zou uit de fles zijn. Met name de wens van de Big4 Accountants om een eigen advocatenpraktijk op te starten zou - ik verwoord het in eigen woorden - een stroomversnelling van veranderingen in de juridische markt kunnen veroorzaken. Nu is het in enkele AngelSaksische landen al langere tijd mogelijk om in de vorm van een Alternatieve Business Structure de advocatuur uit te oefenen. Dat geldt dan met name voor Solicitors; ook wel voor Barristers, maar die lopen nog niet erg warm voor deze mogelijkheden. Maar de beoogde veranderingen vinden ook in Engeland en Australië maar mondjesmaat plaats. Bij de beursgenoteerde advocatenkantoren is te zien dat veel fee-earners na korte of langere tijd toch weer hun heil zoeken in de ‘private practice’. Ja, de Big4 mogen met name en Engeland eigen Solicitors in dienst hebben, maar daarmee kunnen ze nog steeds niet in de grotere zaken procederen. Wel kunnen zij ‘genieten’ van de geheimhouding. Daarmee is echter nog niet het forensisch onderzoek dat nu door advocaten wordt verricht, in hun schoot geworpen. Het FD vergeet de boodschap van het ingezonden zeer kritische stuk van Maarten Groothuizen en Michiel van Nispen in de krant van 9 juni 2020.
ii Het is maar zeer de vraag of de kernwaarde ‘onafhankelijkheid’ in dezen niet wordt getorpedeerd door de kernwaarde ‘partijdigheid’?
Bewegingen in juridische markt
De juridische markt is al jaren in beweging met als gevolg een toenemende onderlinge concurrente, maar evenzeer van nieuwe toetreders tot de markt.
Ik noem nu slechts het ontstaan van
(i) Alternative Legal Service Providers,
(ii) de oprichting van Boutiques en Niches,
(iii) de sterke uitbreiding van eigen Legal Departments van ondernemingen,
(iv) invoering van moderne technologie,
(v) de hernieuwde belangstelling van de accountants voor de juridische markt, en ‘last but not least’
(vi) de toenemende mondigheid van de juridische consument, waarbij in het midden kan blijven of dit een burger is dan wel een onderneming of de overheid.
Druk op tarieven
De toeloop op de juridische markt leidt inderdaad tot druk op de tarieven. Bekijkt men de juridische markt meer en detail, dan ziet men die druk op de tarieven met name in de zogenaamde Mid Market. In de top van de markt bestaat er nauwelijks druk op de tarieven. Bedacht dient echter te worden dat die top maar zeer beperkt is in omvang. De Mid Market omvat ruim 60 tot 70% van de juridische markt. Vanzelfsprekend is de Mid Market ook weer in schijven op te delen. Eén ding is wel duidelijk dat de Nederlandse en Vlaamse juridische markt voor ongeveer 85 tot 90% binnen de Mid Market valt, wat daarover ook in sommige kringen overigens anderszins wordt gesuggereerd. Ik heb daarover meer uitgebreid geschreven in de tweede druk van ‘
De advocatuur als onderneming’
iii en in mijn blog van februari 2020 “
Uurtje-factuurtje of een flat fee”.
iv
Wensen cliënten
In de kern komt het er op neer dat het overgrote deel van de juridische markt - dus de Mid Market - vooraf inzicht wil hebben in
(i) de kansen van een voorliggende kwestie,
(ii) de doorlooptijd van de behandeling en
(iii) de kosten van die behandeling.
Een ondernemer, maar hetzelfde geldt voor de consument, wil gewoon zekerheid.
Belang van Visie op de toekomst
De beschreven ontwikkelingen brengen wel met zich mee dat het voor elk advocatenkantoor van levensbelang is om het kantoor te exploiteren vanuit een duidelijke visie. In mijn Consultancy-praktijk merk ik met grote regelmaat dat kantoren die werken vanuit een duidelijke Visie (Strategie en Focus) aanzienlijk winstgevender zijn dan kantoren waar het merendeel van de fee-earners ieder hun eigen boontjes doppen.
Er moet een duidelijke Strategie en bijbehorende Focus zijn, die ook kantoorbreed wordt ingevoerd en nageleefd. Dat wordt niet anders door de toetreding tot de markt van BrandMr. Dat is een uitgangspunt dat al vele jaren geldt.
11 december 2020
i
Weg met het uurtje-factuurtje;
ii
Fraudeonderzoek door eigen advocaat vergroot risico op misleiding door OM;
iii
De advocatuur als onderneming, Boom Juridisch 2020; bestellen:
iv
Uurtje-factuurtje of een flat fee